Donderdag 11-02-2016

11 februari 2016 - Madikeri, India

Volgende dag om 08:32
We zitten midden in de jungle op een stuk steen naar een klein helder beekje te kijken die tussen de hoge bomen en indrukwekkende plantengroei verdwijnt. Om ons heen enkel de geluiden van tjirpende vogels die allemaal hun beste lokroep tonen om indruk te maken. Geluiden die ik tot noch toe alleen op mijn telefoon kon luisteren omdat de eigenaren ons niet bekend zijn in ons kleine kikkerlandje. Het staat in groot contrast met wat we tot nog toe van India hebben gezien. Het ruikt hier naar vochtige bladeren en bloemen, dezelfde geur als die van de tropische vlindertuin in Giethoorn waar ik van de zomer ben geweest met mijn oma's verjaardagsfeest.
Gisterochtend hebben we eerst het postkantoor ongezocht om wat kaartjes te posten aan het thuisfront. Het is verrassend goedkoop om zo'n poststuk helemaal naar Nederland te sturen, het kaartje zelf was duurder.. ik vraag me af of dat uit kan? Op de stoep van het postkantoor hebben we ons ontbijt opgegeten wat we net daarvoor hebben gekocht.
Na het posten van de stukken zo snel mogelijk een riksja aangehouden om ons richting het grote busstation te brengen omdat we niet meer in de drukke straten wilden lopen. Het
 busstation hier is gigantisch. Ook het aantal bussen is overweldigend. Alle bussen hebben twee medewerkers aan boord. Een chauffeur en een persoon die de mensen binnen haalt en de kaartjes verkoopt. Deze verkoper roept als een marktman over het station de richting die de bus op zal gaan. Je kunt je vast voorstellen dat, wanneer 40 mannen dat door elkaar roepen, dat en behoorlijk geweld aan geluid produceert. Samen met de optrekkende en remmende  bussen is dat een heel spektakel. Eenmaal in de bus richting onze eindbestemming Madikeri, gaat het grove geluid over in het ronken van de motor en alle geluiden van de straat. Daarnaast zijn onze medereizigers luidruchtig aan het bellen, praten, spelen op de mobiel, rochelen en eten. Het lijkt wel dat Indiase mensen maar één stand hebben in hun volumeknop: luid, daar waar ze nog nooit gehoord schijnen te hebben van de trilstand of van fluisteren. De rit duurt drie en een half uur en hoewel het en lange, warme, drukke en luide rit is, geniet ik van de indrukken die ik onderweg opdoe. We stoppen bij verschillende busstations op de route waar ik bij één busstation een bosje takjes met kleine groene boontjes eraan koop. Ik heb mensen deze reis al verscheidene keren deze boontjes zien eten en ben nieuwsgierig naar de smaak. Ik begrijp de verkoopster niet dus ze laat me 10 roepie zien. Ik betaal haar 10 en kom er daarna achter dat dat niet voor 1 bosje is maar voor alles wat ze in haar hand heeft. Zo delen Antoon en ik een paar bosjes uit aan mensen in de bus. De meneer achter mij is zo vriendelijk om uit te leggen wat ik met dit, voor mij, vreemde eten moet doen. Het is de bedoeling dat je de boontjes pelt en de inhoud ervan opeet. Het zijn net mini tuinboontjes met 1 erwtje erin, ook de smaak komt overeen. Eigenlijk loont het de moeite niet die ik voor het rauwe erwtje moet doen maar bij gebrek aan een betere tijdsbesteding blijf ik dooreten. De mensen die van ons een bosje hebben gekregen eten ook gestaag door en gooien de schilletjes voor hun op de grond van de bus. Binnen no-time ligt de hele bus bezaaid met schilletjes en takjes en schaam ik me ervoor dat ik daar de verantwoordelijke voor ben. Zowel de chauffeur als de kaartjesman schijnen zich er niet druk over te maken dus ik laat mijn schuldgevoel ook los. Hopend dat de erwtjes onschuldig zijn en geen drugsachtige effecten zullen vertonen blijf ik doorkauwen om wat extra (hoognodige) vitaminen naar binnen te werken. Het laatste uur van de rit rijden we door heuvelachtig jungle landschap tot we aankomen op onze eindbestemming.
Wanneer we eindelijk in Madikeri uitstappen, en het aanhoudende lawaai ook hier vrolijk blijft denderen, merken we dat we toe zijn aan rust om ons heen. Madikeri is op onze kaart het kleinste stipje wat er is maar blijkt een stad te zijn in de grootte van Utrecht (maar dan met veel meer mensen). De stad geeft, in vergelijking met Hassan, wel een mooi aanzicht doordat het in en op de heuvels is gebouwd en daardoor ruimer aandoet en mooie uitzichtpunten laat zien. 
We zien een tourist office tegenover het busstation en besluiten daar te vragen naar een slaapplek buiten de stad. Binnen zit nog een stel, Felix en Gertruie uit Duitsland/New zeeland en België. Met dat ik met de man van de tourist-office praat raakt Antoon in gesprek met Felix en al snel worden we uitgenodigd met hun mee te gaan richting een verlaten resort in de jungle buiten de stad. Zij hebben al gebeld en er komt een taxi deze kant op om hun op te halen. Wij sluiten graag aan en zo eindigen we hier waar ik nu zit.
Nadat we ons settelen lopen we richting de top van de heuvel om te genieten van het uitzicht op een groot stuk van de jungle en de heuvels daarachter. Er hangt een mysterieuze mistachtige gloed over de heuvels wat de plek heel romantisch maakt.
Onderweg zien we de grootste spin die we allebei ooit in de open natuur hebben gezien. Ze is zwart met felgele punten en ziet en tegelijk mooi maar ook gruwelijk uit. Ze hangt met haar gigantische web boven het pad die wij moeten nemen waardoor we even twijfelen verder te gaan. Wanneer we onze moed hebben verzameld maken we ons zo klein mogelijk en kruipen we onder haar door. We lopen extra voorzichtig verder door de begroeide omgeving hopend dat we nog meer gekke beesten tegenkomen.
Het resort richt zich op organic farming en laat de natuur zoveel mogelijk zijn gang gaan. We wandelen 10 minuten de jungle in voor de tent waar we in slapen. Hier is een lampje en een bed. De wc zit in een andere ruimte evenals de douche (een emmer met een kannetje) die voorzien wordt van warm water door een, op hout gestookte, boiler. Het diner en het ontbijt zijn geweldig! De manager van het resort is een jong meisje wat afgestudeerd is in ecological farming en weet zo alles over het voedsel en de natuur om ons heen. Het voedsel komt van locale eco-boeren en moet voldoen aan hoge eisen. Dat is echt terug te proeven in de gerechten die veel voller zijn van smaak, geuren en kleuren. De manager verteld ons over de dieren die hier leven en zegt dat zelfs de spin die we net hebben ontdekt niet giftig is.. Zij zou het beest zo oppakken. Ze zegt dat haar web zo sterk is dat kleine mensen zoals zij terugveren wanneer ze er tegenaan lopen. Locale mensen gebruiken het web om visnetten van te maken, zó sterk.
Vandaag hopen we bij de volgende locatie in net zo'n omgeving te terecht te komen zodat we nog meer kunnen genieten van de rust en natuur die India te bieden heeft
 

Foto’s

2 Reacties

  1. Hubertine scholten:
    13 februari 2016
    ..over die boontjes, zouden dat sojabonen zijn? Heb je dat al aan de ecoboer gevraagd? Ik ben erg benieuwd?!
    Wat een heerlijk verhaal weer...jullie maken mooie dingen mee. En de ervaring met alle mensen die je tegen komt- Indiërs en andere global reizigers is onbetaalbaar! Geweldig
  2. Nannette:
    14 februari 2016
    Geloof mij....dat wat zij eten is een heilig boontje.