Maandag 08-02-2016

8 februari 2016 - Sagar, India

21:52
Vannacht een paar keer wakker geworden door ratten wandelend over de golfplaten van ons hutje. Gelukkig zijn we daar allebei niet zo benauwd voor dus we hebben verder goed geslapen.
Om 9 uur vanochtend vertrekken we te voet van ons hutje op Om-beach in Gokarna naar de top van de berg. We worden de hele weg vergezeld door twee honden die veel te soepel voor ons uit lopen op de super stijle trappen. Ik voel mijn bilspieren van de afgelopen dagen bij elke stap die ik zet. Bovenaan staan een paar riksja's te wachten om toeristen ,zoals wij, naar het dorp Gokarna te brengen. We vragen de chauffeur om ons naar het busstation te brengen wat een stukje verder dan het dorp is. De riksja rijdt dwars door het dorp waardoor we nog even mogen genieten van de vele pelgrims die dit dorp bezoeken. Bebaarde mannen (daar is Antoon's baartje niets bij) op blote voeten met gewaden aan en een stok in hun hand. Sommigen zien er zo oud, uitgemergeld en gammel uit dat ze ieder moment om lijken te kunnen vallen.
Bij het busstation aangekomen vragen we rond hoe we naar Sagar kunnen komen. Dit lijkt ons wel een goede eindbestemming voor vandaag. We merken dat er steeds minder mensen Engels kunnen verstaan, laat staan praten, hoe verder we richting het Zuiden reizen. De meeste kans heb je bij jonge jongens met westerse kleding aan. De jongen die ons helpt verteld ons dat we een paar keer over moeten stappen voor deze reis. Prima toch. 
De eerste bus waar we in zitten reist naar Honavar. Weer rijdt de buschauffeur alsof hij van tevoren 5 xtc pillen door heeft geslikt. Meerdere keren haalt hij twee vrachtwagens tegelijk in waar de bochten zo onoverzichtelijk zijn dat elke motorrijder die nu de hoek om komt de dood in de ogen kijkt. Die keren komt ons gelukkig geen tegenligger tegemoet. 1x moet de chauffeur hard op de rem omdat er een auto van de andere kant komt. Hij was net een andere bus aan het inhalen met een verschil van max. 3 km per uur. De buschauffeur was duidelijk gepikeerd dat deze automobilist niet gelijk de berm in schoot, al was die berm in dit geval een afgrond van een paar meter.. Ik verwonder me elke keer over deze taferelen. Toch is hier de weg nog vrij breed en overzichtelijk vergeleken met wat ons in de volgende bus te wachten staat.
De bus van Honavar naar Jog-Falls; een waterval die de moeite waard schijnt te zijn om even bij langs te gaan. We gaan weer voorin zitten om een goed overzicht te hebben van alle vreemde gebeurtenissen. Het is serieus net alsof ik in een 3-D simulator zit! In ieder geval waren achtbaan beugels nu best handig geweest. In de Trotter staat dat de bus 30 km per uur gaat. Dat klopt, wanneer ze omhoog gaan rijden ze inderdaad niet zo hard, omdat de 60 jaar oude bus de trekkracht niet heeft om het gevaarte in de grote van een touringcar sneller omhoog te werken. Echter, wanneer de weg zich weer omlaag beweegt weet de chauffeur in de meeste gevallen de rem niet te vinden, óf deze zó laat in te drukken dat de remmen een brandende geur en een hard piepend geluid achterlaten. De bus maneuvreert zich gemakkelijk met soms wel 80 km per uur over weggetjes waar hij aan beide kanten overhelt en waar geen tegenligger ons nog kan passeren. Terwijl de weggetjes steeds smaller, onoverzichtelijker, bochtiger en stijler worden neemt ook het aantal wegwerkzaamheden toe waardoor we met de grote bus geregeld door grind moeten waarbij de kuilen soms met gemak een halve meter diep zijn. Het is als een wonder dat deze antieke bus nog steeds leeft en de as niet al 10x doormidden is gegaan deze rit. Ondertussen zit ik te zoeken naar de merknaam van deze wonderbus om te kijken waar deze krengen gebouwd worden, daarnaast verwonder ik me over het feit dat ik nog steeds niet wagenziek ben geworden waar ik achterin mijn vaders auto al lang een paar keer frisse lucht had moeten halen. Mij ervan bewust zijnde dat het volgende mijn volledige beschrijving van de rit zal ontkrachten wil ik het toch genoemd hebben omdat dit net zo vreemd is: De schoolmeisjes, die de hele rit van 2 uur in de bus blijven staan, zijn wederom niet onder de indruk van de rijstijl van de buschauffeur en blijven vrolijk ginnegappen onderling. 
We komen wat ons betreft net op tijd aan bij de Jog-Falls want we hebben allebei behoorlijk trek gekregen. Voordat we naar het uitzichtpunt gaan eten we eerst wat in het restaurant. Ik bestel een menu wat volgens de slecht Engels sprekende jongeman absoluut 'not spicy' is. Fijn, want ik kan nog steeds niet goed wennen aan dat scherpe eten, zeker niet nadat ik voedselvergiftiging heb opgelopen en mijn maag nog een beetje van streek is (of zit dat tussen mijn oren?). Ik had kunnen weten dat het eten zó scherp was dat het leek alsof ik een eetlepel sambal naar binnen had gewerkt. Ik vraag me nu echt af of deze jongen mij nou gewoon niet goed begrepen heeft of dat ze gerechten hebben die nóg heter zijn dan dit. Ik voel me wat bezwaard omdat ik uiteindelijk alleen de witte rijst opeet. Ik heb echt mijn best gedaan met de saus maar ik kan het ècht niet aan, zó scherp! 
Jog-Falls blijkt zo goed als droog te staan door het slechte regen seizoen dat ze hier van de zomer hebben gehad en de droogte die er nu heerst. We kijken naar een immense krater waar (van deze grote afstand) een klein stroompje water vanaf de diepte in valt. Ik denk dat het nog steeds een behoorlijke stroom is maar het is zo ver weg dat dat voor ons niet in te schatten is. In ieder geval hoort er normaal meer water te stromen. De krater is indrukwekkend vanwege de omvang dus we blijven even staan kijken. Toch is er nog wat tofs te zien hier; wilde apen hebben zich verzameld op deze plek omdat er veel eten te vinden is. Dit is de eerste keer deze reis dat we apen zien dus het is tof om ze even te observeren. Wie bij de Apenheul geweest is weet hoe brutaal de beesten kunnen zijn wanneer ze denken dat er wat te halen valt. Zo ook bij deze apen die een gezinnetje met een klein meisje flink de stuipen op het lijf heeft gejaagd door ze te bespringen en spullen af te pakken. Ik maak filmpjes en foto's en merk dat de apen het vanzelf wel aangeven wanneer ik te dicht bij ze kom. Ze kijken me aan en doen met hun wenkbrauwen gefronst een snelle en dreigende stap in mijn richting. Ik heb geen zin in springende apen dus toon respect door ze wat meer ruimte te geven. 
Een groepje jongens vraagt ons of we met ze op de foto willen en giebelen wanneer de foto's geschoten worden. Ze zijn erg vriendelijk en vertellen ons enthousiast over alle mooie plekken die in deze omgeving verborgen zitten. We markeren ze op de kaart en bedanken de jongens voor hun behulpzaamheid. 
Na een kwartiertje wachten komt de volgende bus die ons richting Sagar brengt. Antoon wil dit keer liever wat verder middenin de bus zitten waar we allebei heel even de ogen kunnen sluiten omdat de weg weer wat meer begaanbaar wordt. Wanneer we in Sagar aankomen hebben we in totaal 7 uur in verschillende bussen gezeten en zijn we allebei behoorlijk gaargekookt. We zoeken dan ook naar een hotel waar we ons even ècht schoon kunnen voelen, wat redelijk uitzonderlijk blijkt te zijn hier in India. Het hotel 'Green Ambassy' is dan wel een stuk duurder (in verhouding, want het is nog steeds een fractie van wat je in NL zou betalen voor zo'n hotel) het voldoet wel volledig aan onze behoefte voor vandaag. Een groot tweepersoons bed met hagelwitte lakens, een frisse geur in de kamer, een grote douche die ons ongeacht de tijd en de duur van warm water kan voorzien en een airco die op verschillende standen kan en zèlfs niet uitvalt! Allemaal bijzonderheden naar wat blijkt. In het hotel worden we vergezeld door de chiquere bevolking van India met vooral vrouwen in boerka. 
We lopen na een heerlijke douche nog even het dorp in voor een maaltijd die we vinden in een plaatselijk restaurantje. Zelfde verhaal; wordt bijna saai.. Het voedsel wat volgens ze ober zoet zou moeten zijn is scherp, maar dit is nog net niet tè en toch ook wel lekker dus hier neem ik meer van. Hier in Sagar zijn ze duidelijk niet zo aan blanke kippenhuid-mensen gewend want we worden de hele weg ongegeneerd aangestaard door iedereen. Mensen lachen vriendelijk maar toch voelt het wat ongemakkelijk en weet ik me niet echt een houding te geven. Terug in het hotel Facetimen we in de lobby even met het thuisfront. Ook hier worden we ontdekt door de lokale inwoners die voorbij lopen en even blijven staan voor het raam om ons te bewonderen. Ik voel me net het aapje bij de Jog-Falls, maar zal mij wat beschaafder gedragen en vriendelijk teruglachen
 

Foto’s

6 Reacties

  1. Marieke nieuwenhof:
    8 februari 2016
    Leuk jullie verhalen te lezen. Veel plezier nog!
  2. Hubertine scholten:
    8 februari 2016
    Heerlijk verhaal weer kinders!!
    Ik ben trouwens wel blij dat jullie de busreis goed hebben doorstaan. Idd wonderlijk dat je niet misselijk wordt Marlieke
  3. Gijs:
    8 februari 2016
    hallo marlieke
    wat een beleving fijn dat het leuk is
    marlieke ik kan ook niet tegen scherp eten
    ik hoop niet je maar weer van streek gaat
    kunnen jullie de mensen wel goed verstaan
    antoon wat leuk dat je muziek kon delen
    met een onbekend iemand

    groetjes van gijs
  4. Wout:
    8 februari 2016
    Dat 3D-simulator gevoel hebben we na onze reis in 2001 ook aan jullie verteld.
    Hoe dat gevoel is moet je zelf ervaren.
  5. Madelot:
    8 februari 2016
    Ik heb samen met Wout jullie verhaal geleden. Tegen over elkaar aan de werk tafel.
    Af en toe ginnegappend om jullie zinnen en gebeurtenissen.
  6. Thomas:
    8 februari 2016
    Aapjes!